Cultuur en de dood

Cultuur en de dood

Geplaatst door Mark Terlage

Simone Schreiber (56) is moeder, oma, Lifecoach en heeft gewerkt als uitvaartverzorger. In deze column deelt zij haar (levens) ervaring en kennis en inspireert zij mensen om te gaan met thema’s rondom afscheid en de dood.

Afscheid nemen is met Liefde herinneren en Zin geven aan de toekomst. In haar coachpraktijk begeleidt Simone mensen die na het afscheid van een dierbare hun leven opnieuw willen vormgeven.

Gebruiken rond sterven en dood bij verschillende culturen

“Wat als je uit Pakistan afkomstige buurman sterft en je als naaste buur geen rouwbrief ontvangt?” Je zou het gevoel kunnen krijgen niet welkom te zijn….

Deze column is ontstaan vanuit mijn behoefte om inzicht te krijgen in de beleving en rituelen rond de dood in verschillende culturen. In ons land leven we in een multiculturele samenleving. Wellicht helpt het ons om wederzijds begrip en respect te hebben voor de opvattingen die mensen uit andere culturen hebben.

Maar wat is nu eigenlijk cultuur? Het is eigenlijk alles wat mensen denken, doen en hebben. Daaruit ontstaan gewoonten, religie, gebruiken, normen en waarden, de wijze van bestaan, de wijze van bouwen, eetgewoonten en veel meer. Cultuur is afhankelijk van geografische ligging en speelt dus ook het klimaat een grote rol. Het is dan ook een logisch gevolg dat mensen verschillend omgaan met de dood.

Het verhaal van Eduardo Guterres

Eduardo Guterres, 65 jaar, een Portugees met een warm hart en bovenal pater-famílias; vader van zijn gezin, wat hij vormde met zijn grote liefde Beatriz. Samen kregen ze 6 kinderen. Eind jaren zestig verhuisde hij samen met zijn Beatriz naar Nederland vanwege de dictatuur in zijn eigen land. Als gastarbeiders, zo werden toenmalige allochtonen genoemd. Ze werden ondergebracht in barakken in de hoop dat het verblijf in Nederland tijdelijk zou zijn en dat ze ooit weer terug zouden keren naar hun geliefde Portugal. Naaste familie en vrienden hadden ze achter gelaten. De eerste drie kinderen werden geboren in de barakken. Eduardo vond al snel een baan in de hoogovens in IJmuiden en maakte lange dagen. Steeds was er de hoop en de overtuiging om op niet al te lange termijn terug te keren naar Portugal. Dat hield hij zich voor…

En nu zaten ze met het hele gezin rond het sterfbed van Eduardo. Beatriz met haar hand op de hand van haar geliefde Eduardo en met de andere hand bad ze de rozenkrans. Esmeralda zat tegenover haar moeder en streelde zachtjes met haar hand door haar vaders’ haar. De tweelingbroers Amadeu en Aquario zaten aan het voeteneinde. Miguela stond achter haar zus en kon haar ogen niet afhouden van zijn ademhaling. Minuten, uren tikten voorbij. Vader leed al meerdere jaren aan de ziekte van Parkinson. Twee jaar geleden kon Beatriz niet meer goed voor Eduardo zorgen, hij had steeds meer hulp nodig en dat kon ze fysiek niet meer bieden. Met elkaar namen ze de moeilijke beslissing om hem op te laten nemen in een verpleeghuis. Esmeralda zag hoe moeilijk haar moeder dat vond en besloot haar in huis te nemen. Met de in Nederland wonende kinderen hadden ze een schema gemaakt om per toerbeurt met moeder op bezoek te gaan. Met alle liefde die ze in zich hadden werd Eduardo verzorgd. En nu hoopten ze dat de in Portugal wonende, jongste dochters Leonoor en Gracia nog op tijd zouden komen om afscheid van hun vader te nemen. De laatste week hebben de kinderen dag en nacht bij hem gewaakt. Tijdens de laatste dagen spreken ze met elkaar veelvuldig over de invulling van de afscheidsplechtigheid. Eén ding weten ze zeker; papa Eduardo zou worden overgebracht naar zijn zo geliefde vaderland Portugal…

Iedere cultuur op haar manier

De manier waarop diverse culturen en volkeren omgaan met leven en dood is heel verschillend. Het begin van leven wordt in de meeste culturen uitbundig gevierd. Er zijn echter maar weinig volkeren die van het einde van een leven een feestelijke gebeurtenis maken. Ieder leven heeft een begin- en een eindpunt. Dat is eigenlijk de grootste zekerheid in ons leven. Culturen zijn van invloed op opvattingen over leven en dood. Over de manier van afscheid nemen, de rouwrituelen, de wijze waarop mensen elkaar steun en troost geven maar ook wat de dood nu eigenlijk betekent. Niet alle culturen begraven hun doden in de aarde of verbranden ze in een crematorium en ook niet alle culturen vinden het eng om over geesten te praten. Het zegt heel veel over hoe een volk leeft, hoe zij met de dood omgaan.

Een almachtige God

Jodendom, Christendom en Islam gaan alle drie uit van een almachtige God, die beschikt over leven en dood. De dood is het einde van het aardse leven, maar tegelijk het begin van een nieuw leven. Joden, christenen en moslims zien zichzelf allemaal als afstammelingen van Abraham (of Ibrahim), en hun overtuigingen hebben veel overeenkomsten. De gedachten over een leven na de dood bij de drie religies lijken erg op elkaar maar er zijn ook veel verschillen.

Zo zijn er binnen de religies diverse stromingen die van opvatting verschillen. Bij de Islamitische cultuur zijn moslims van mening dat zij hun lichaam in bruikleen hebben gekregen van God. De dood heeft voor de moslims veel te betekenen: het is eigenlijk het begin van een nieuw leven. Voor de dood wordt er veel waarde gehecht aan wederzijdse vergeving. Soms wordt de overlevende op zijn rechterzijde gelegd zodat hij met het gezicht naar Mekka ligt. Het lichaam wordt ritueel gewassen, in principe door iemand van hetzelfde geslacht en in een lijkwade gewikkeld. Daarna wordt het zo snel mogelijk begraven of naar het land van herkomst overgebracht. Het lichaam van een moslim wordt traditioneel door zoveel mogelijk mannen gedragen. Daarbij wisselen ze elkaar steeds af. Iedereen gooit drie handen aarde in het graf. Het sturen van rouwbrieven is niet gebruikelijk en er wordt verwacht dat mensen spontaan komen om te condoleren. Het is echter ongebruikelijk dat niet moslims naar de uitvaart gaan.

Het lichaam is de tempel van de ziel

Het christendom is een wereldgodsdienst. In de christelijk geloofsovertuiging is de dood het gevolg van de zonde. Het lichaam is de tempel van de ziel. Bij de dood worden lichaam en ziel gescheiden. Traditioneel bestaat het beeld van hemel, hel en vagevuur. Waar de ziel na de dood terecht komt is afhankelijk hoe iemand heeft geleefd en vergeving heeft gevraagd voor zijn zondes. Het dode lichaam moet met eerbied en liefdevol behandeld worden. Vaak zet men in de rouwkaart een tekst uit de Bijbel of van een christelijk gedicht of lied die de overledene aansprak of iets wat de overleden persoon weergeeft. Bij de begrafenis, die enkele dagen tot maximaal 6 dagen na het overlijden plaatsvindt, zijn zowel mannen als vrouwen aanwezig. Veel religies binnen het christendom staan een crematie ook toe. Er zijn in de uitvaartrituelen verschillen tussen christenen in diverse landen. De rouwdienst kan in een kerk plaatsvinden maar ook in de aula van een begraafplaats of crematorium. In de dienst wordt gezongen, een korte preek gehouden en ook de familie kan een persoonlijke bijdrage leveren. Er zijn verschillende rituelen; er worden bloemen op de kist gelegd of er worden bloemen op de kist in het graf geworpen. Familie kan de overledene naar het graf dragen of begeleiden op een rijdende baar. Men gaat in stoet naar het graf. De richting waarin de dode wordt gelegd is niet van belang en meestal zal de predikant bij het graf wat zeggen of uit de Bijbel voorlezen en het Onze Vader bidden. Tijdens de dienst in de katholieke kerk ligt de overledene met de voeten naar het Maria altaar; dit in tegenstelling tot andere kerken.

Het lichaam als tijdelijke woonplaats

Het jodendom ziet het lichaam als een tijdelijke woonplaats. Het leven na de dood is in het jodendom minder belangrijk dan het leven in het hier en nu. Nakomelingen zijn in het jodendom belangrijk; je leeft voort door je kinderen. Veel joden geloven dat het leven na de dood pas begint. Anderen geloven in een onsterfelijke ziel die direct na het overlijden voortleeft in de hemel bij God of in de onderwereld. Er zijn ook joden die geloven in reïncarnatie. Het jodendom kent geen officiële leer over de dood. Binnen de joodse cultuur is het gebruikelijk om iedereen, arm of rijk, zo eenvoudig mogelijk te begraven. Nadat iemand is overleden mag niemand de overledene meer zien omdat dit de geestelijke integriteit zou aantasten. Er is geen condoleren en geen visueel afscheid. Nadat iemand is overleden moet hij zo snel mogelijk worden begraven, het liefst dezelfde dag nog of de volgende dag. In het huis van de overledene worden spiegels bedekt en wordt er een speciale kaars (neer nesjama) aangestoken. Het lichaam wordt, bij voorkeur vlak voor de begrafenis en zonder gezien te worden, door leden van de Joodse begrafenisonderneming, ritueel gereinigd in respectvolle stilte. Bij deze reiniging blijft het lichaam in lakens gehuld en wordt de overledene in een witkatoenen doodsgewaad gekleed. Soms mogen familieleden kleine handelingen verrichten. De joden begraven hun overledenen bij voorkeur zonder kist. In verband met het geloof in de lichamelijke wederopstanding is cremeren van joden verboden. Omdat de begrafenis zo snel plaatsvindt heeft het versturen van rouwkaarten geen zin. Het troosten van rouwenden gebeurt intensief tijdens de rouwweek (de sjiwwe) maar pas ná de begrafenis. Na een week van intensieve rouw waarin de nabestaanden volledig verzorgd worden door de gemeenschap, volgt een rouwperiode van 30 dagen waarin men zich niet scheert en niet naar feesten gaat. Na het verlies van ouders rouwt men 12 maanden. Als afsluiting van het rouwproces volgt na een jaar de steenzetting op het graf.

Leven vanuit liefde zonder eigen belang

Mensen die in het Boeddhistisch bewustzijn leven, leven vanuit liefde zonder eigen belang. Dit wordt ook wel “Metta” genoemd. Boeddha zegt bijvoorbeeld over de dood: “Zij die wij liefhebben en dan van ons zijn heengegaan zijn niet meer waar zij waren maar altijd waar wij zijn”. De kern van de leer van de Boeddha is onthechten en loslaten. Dit is een vorm van sterven. Sterven is niet alleen het laatste levensmoment, het is iets wat je je hele leven doet. Het is het accepteren van de vergankelijkheid en veranderingen in het leven. De dood is een belangrijk moment in het leven omdat hij een kans biedt op bevrijding. Het boeddhisme gaat uit van wedergeboorte. Zij geloven in een karmische energie, die doorgaat van het ene naar het andere bestaan. Soms wordt voor een boeddhist een altaar ingericht met wierook, brandende kaarsen, afbeeldingen van enkele boeddha’s en een boeddhistische tekst aan het voeteneinde geplaatst. Vlak voor het sterven wordt het lichaam in “de leeuwenhouding” gelegd; op de rechterzij, met de rechterhand onder het hoofd en de linkerhand op de linker heup. Over het aanraken van het lichaam na de dood bestaan binnen het boeddhisme verschillende opvattingen. Dit varieert van wel direct na het sterven het lichaam mogen aanraken tot enige uren of gedurende 3 dagen het lichaam met rust laten. Boeddhisten kennen verschillende ceremoniën voor en tijdens de uitvaart, altijd erop gericht de geest van de overledene los maken en te begeleiden naar een zo gunstig mogelijke wedergeboorte. Boeddhisten kunnen begraven of gecremeerd worden. Traditioneel werd in Tibet een “luchtbegrafenis” uitgevoerd. Het lijk werd omringd door ceremoniën en daarna in de bergen achtergelaten om door de vogels te worden opgegeten. Het lichaam diende dan tenminste nog als voedsel voor de dieren.

Reïncarnatie

De grootste groep hindoes in Nederland is van Surinaamse afkomst. Het hindoeïsme kent vele religieuze stromingen maar alle hindoes geloven in reïncarnatie. De mens maakt een kringloop van wedergeboortes door om uiteindelijke met de oer energie “Brahman” herenigd te worden. Men wordt dan niet opnieuw geboren maar gaat op in het goddelijke. Hindoestanen kiezen bijna altijd voor een crematie omdat dit de snelste manier voor het lichaam is om weer bij de bron terug te keren. Traditioneel sterft een hindoe thuis, omringd door nabestaanden en in aanwezigheid van de priester; “de pandit”. Er is één belangrijk overlijdensritueel waarbij bij voorkeur de oudste zoon, een druppel heilig water giet in de mond van de stervende. Dit water is het symbool van leven, vergankelijkheid en oneindigheid. Na overlijden wordt de overledene door de familie bij de ingang van het huis gelegd met het hoofd richting het zuiden. Zo wordt de terugkeer in de schoot van Moeder Aarde gesymboliseerd. De overledene wordt volgens oude tradities gewassen en versierd en met de armen gestrekt langs het lichaam en met de handpalmen naar boven opgebaard. De grote tenen worden aan elkaar gebonden. Bij een man wordt het hoofdhaar geschoren, op een klein plukje na bij de kruin. De man krijgt vervolgens een tulband op en bij een vrouw wordt het haar gekamd en bedekt met een sluier. Traditioneel werden hindoe in een speciale doek gekleed. Er worden rituelen uitgevoerd en er worden offers meegegeven zoals bloemen en rijst. De crematie moet in de open lucht plaatsvinden zodat de ziel weg kan. Omdat dit in een Nederlands crematorium niet mogelijk is zet men vaak de deur op een kiertje. Traditioneel steekt de oudste zoon hierbij de brandstapel aan. De rouwkleur is wit. In India wordt de as in de heilige rivier de Ganges gestrooid.

En hoe ging het verder met pater-famílias Eduardo Guterres en zijn gezin?

Leonoor en Gracia stonden trillend en gespannen op het vliegveld in Lissabon. Ze hielden elkaar stevig vast. Ze waren door hun oom naar het vliegveld gebracht. Van hun oudste zus Esmeralda hadden ze begrepen dat de toestand van hun vader snel verslechterde. Ze wilden niets liever dan dicht bij hun naaste familie zijn. Een warm gezin vol liefde, dat ondanks de afstand die er geografisch was, altijd dicht bij elkaar betrokken was. Dagelijks werd er gebeld en toen papa nog goed was skypeten ze regelmatig. Dan liepen ze met de camera rond zodat hij kon genieten van de mediterrane sfeer in zijn zo geliefde vaderland. Vader en moeder hadden altijd de wens en het vertrouwen terug te keren naar Portugal maar door de ziekte van vader was dat helaas niet meer gelukt. Daar was het vliegtuig eindelijk. Over een kleine 4 uur zouden ze zich herenigen met hun familie.

Intussen ging Eduardo verder achteruit. Van de pastoor ontving hij zijn laatste Sacrament en Beatriz en de aanwezige kinderen bleven bidden. Af en toe trok Eduardo met een mondhoek alsof hij wilde glimlachen. Beatriz voelde soms een lichte druk van zijn hand in de hare en zei dat ze hem begreep. Diep in haar hart wist ze dat hij niet wilde gaan voordat hij zijn jongste meisjes had gevoeld en zelf hoopte ze ook dat ze nog op tijd bij hun vader zouden zijn om nog één keer zijn warme gelaat te voelen voor een laatste knuffel. Er verschijnt een glimlach op haar gezicht. Knuffels waren zijn handelsmerk. Hij kon zoenen als de beste maar ook knuffelen als geen ander. Hij gaf knuffels met zijn hele lijf waarbij hij zijn lange armen warm en vanuit een grote betrokkenheid om je heen sloeg. Zo hadden ze samen vroeger uren gezeten wanneer ze met tranen op hun wangen verlangden naar Portugal en ook de kinderen hadden altijd genoten van zijn knuffels. Zelfs in de puberteit hadden de kinderen er geen moeite mee en nog steeds zoenden vader en zoons elkaar innig. Het was een warm, liefdevol en verbonden gezin. Langzaam tikt de tijd voort en op het moment dat Esmeralda haar moeder even meeneemt naar buiten, arriveren Leonoor en Gracia. Ze begroeten hun beide tweelingbroers Amadeu en Aquario, waarna zij hun zussen alleen laten bij Eduardo. Het is een maand geleden dat ze hun vader voor het laatst zagen en spraken. Wat was hij snel achteruitgegaan en wat was hij vermagerd. Allebei stonden ze aan een kant van het bed, allebei met één hand in hun hand. Ze legden hun wangen tegen zijn gezicht en fluisterden dat ze er waren en dat hij nu rustig in mocht slapen. Ze beloofden hem voor altijd in hun hart te dragen, dicht bij elkaar te blijven en goed voor hun moeder te zorgen. Ze dankten hem voor het liefdevolle leven dat hij hun samen met hun moeder Beatriz gegeven had. Langzaam voelden ze de verandering in zijn lichaam, zijn ademhaling bleef steeds langer uit en ze voelden dat het leven uit zijn lichaam gleed. Het was een hele bijzondere ervaring. Het voelde alsof zijn geest bevrijd werd van zijn lichaam dat het niet meer deed. Kort daarna kwam Amadeu terug om zijn zussen af te lossen. Om de paar dagen schoor hij zijn vader. Hij pakte de scheerspullen en zei met zijn ogen vol tranen: “Ik zou u vandaag nog scheren en nu ben ik te laat”. Terwijl hij aan het scheren was vloeiden de tranen copieus. Zijn hele lichaam schokte. Esmeralda moest haar moeder het nieuws vertellen dat Eduardo was overleden. Er was niet veel voor nodig; ze begreep het meteen en ze was dankbaar dat Leonoor en Gracia hun vader nog bij leven hadden ontmoet. Innig gearmd stond het hele gezin rond het sterfbed van hun geliefde Eduardo en pater- famílias. Er werden veel tranen gehuild maar er overheerste een gevoel van rust en dankbaarheid. Hij was nu eindelijk verlost van die nare ziekte waar hij zoveel moeite mee had. ’s Avonds baden Beatriz en de kinderen de rozenkrans, dat hadden Eduardo en Beatriz hun gehele leven dagelijks gedaan.

Samen verzorgden ze Eduardo waarna hij werd overgebracht naar het rouwcentrum. Om Eduardo te eren zou hij teruggebracht worden naar zijn geboortegrond. Daar zou hij volgens Portugese rooms-katholieke traditie begraven worden. Omdat dit enige dagen in beslag zou nemen werd er op zijn lichaam thanatopraxie toegepast; een vorm van lichte balseming. In Portugal is het de gewoonte om uitgebreid afscheid te nemen van de overledene. Voorafgaand aan de repatriëring naar Portugal werd er in Den Haag voor de Portugeestaligen een rooms-katholieke dienst georganiseerd. Eduardo was een geliefd en gerespecteerd mens; er waren veel mensen aanwezig. De kinderen gaven met eigen lezingen en gezangen invulling aan de dienst. De psalm van de Goede Herder werd door Esmeralda gezongen. De saamhorigheid was groot en dat kon ook niet anders in de aanwezigheid van een mens met zo’n groot hart. Enige dagen erna volgde op traditionele wijze in Portugal de begrafenis. Beatriz, zijn 6 kinderen, schoonkinderen en 4 kleinkinderen hebben Eduardo begeleid naar zijn geboortegrond. In Portugal vond een traditionele rouwnacht, de velório, plaats. Veel naasten gaven uiting aan hun emoties. Er werd gehuild, gebeden en gerouwd. Sommigen konden het niet laten om Eduardo te zoenen. De naaste familie werd gecondoleerd. Op de dag van de uitvaart werd Eduardo de kerk binnen gedragen door zijn 2 zonen en 4 kleinzonen. Het was een prachtig en emotioneel moment. Tijdens de plechtigheid zong Amadeu het Ave Maria, waarna hij huilend in de armen van zijn tweelingbroer viel. Zijn vader had er altijd zichtbaar van genoten als Amadeu zong. Eduardo werd door zijn zoons en kleinzoons naar het graf gedragen. Het graf lag op een mooie locatie met zicht op de bergen. De plek voelde goed voor Beatriz en haar kinderen. Al mijmerend gingen haar gedachten terug naar de plek waar zij voor het eerst gekust was door Eduardo, op een bankje in de warme Portugese avondzon, met zicht op de bergen die in het warme zonlicht een betoverende uitstraling kregen….

Rust zacht lieve Eduardo.

“Leg je hand op je hart en voel de liefde”

Simone Schreiber

Bronnen: infonu.nl, wikipedia.nl, doodeenvoudig.nl, lucepedia.nl, scholieren.com, uitvaart.nl, uitvaartnet.nl, meersorgh.nl, portugalportal.net

Terug naar overzicht meer informatie ontvangen

Laatste wensenboekje

Niet het meest leuke onderwerp, maar wel belangrijk om eens over na te denken.

Laatste wensenboekjeVraag hem nu kosteloos en vrijblijvend aan.Boekje aanvragen

Uitvaart verzorgen

Een uitvaart is een belangrijke bijdrage van het verwerkingsproces. Daarom is het vormgeven ervan iets wat met zorg moet gebeuren.

Meer informatie
Direct hulp nodig?

Ongeacht waar u verzekerd bent.

Terug naar boven